maandag 25 mei 2009

Re: Bedenkingen bij de Bolk

"De oplossing van Bolkestein zet geen zoden aan de dijk". Zo is de conclusie van Ronald Vliegen in zijn laatste posting. Volgens hem zet ook Bolkestein weer in bij de staat die we als conservatieven zo verafschuwen en/of bekritiseren: "Er wordt nog steeds geen recht gedaan aan het feit dat er realiteiten buiten de staat bestaan, of in ieder geval zouden moeten bestaan. Het net van de almachtige staat sluit zich alleen maar verder. Want vandaag geen onderwijsvrijheid voor moslims, wat morgen? Het precedent is dan gezet."De kritiek sluit aan bij die van Jonathan van Tongeren die wel vindt dat Bolkestein de spijker op de kop slaat, maar toch ook nog een paar keer had moeten slaan om de spijker er ook daadwerkelijk in te krijgen. Conclusie: de Bolk spreekt mooie woorden, maar we schieten er weinig mee op.

De schrijvers hebben gelijk. Toch is het gepast om tevreden te zijn met de opmerkingen van Bolkestein. Mijns inziens heeft Bolkestein, als hij het heeft over de voorrang van het christendom boven de islam, ook inzake de vrijheid van onderwijs, het niet over een willekeurig gelegenheidsargument, maar hanteert hij juist argumenten die de willekeurigheid van het moderne liberale paradigma overstijgen. Bolkestein hanteert de gedachte van de privilege die is verworteld - en daarmee gerechtvaardigd - in de historische werkelijkheid. En dan wel de historische gegevenheid die onlosmakelijk is verbonden met de huidige constitutionele stand van zaken. Het is voor hem een principieel punt. Bolkestein kijkt daarbij niet naar getalsmatigheden, maar hanteert het instrument van het objectieve christendom. Naast de plaats van het christendom in de historische bedding van onze vaderlandse cultuur, wijst hij dus ook op de inhoudelijke kernpunten van het christendom die volgens Bolkestein zelfs onderdeel zijn van onze constitutionele ratio. Of dit politiek iets uitwerkt, waag ook ik te betwijfelen. Maar feit is dat Bolkestein de verhouding liberale rechtsstaat - christendom niet ziet als een rechtstaat met daarin ruimte voor het christendom, maar als een maatschappij waarin fundament, verband, weefsel en denken eerst worden bepaald door christendom en pas daarna door het liberalisme.

Tot zover mijn 'verdediging' van Bolkestein. Op twee andere punten wil ik echter beide medebloggers concreet tegemoet komen. In beide postings proef ik een zeker wantrouwen ten opzichte van de inzichten van deze liberale senior. Ik deel dat wantrouwen, maar dan niet als gevolg van zijn uitspraken, en zelfs niet als gevolg van diens liberaal-zijn, maar als gevolg van iets anders. Bolkestein spreekt als een typische, oud-Nederlandse (van voor '68) intellectueel: onthecht, elitair, met een ondertoon van scepticisme, zij het in veel gevallen een 'eerlijk' scepticisme. Hij maakt een analyse maar laat het erbij. Want waarom niet een pleidooi voeren voor het hernieuwd verwijzen naar de Tien Geboden in het beginselprogram van een VVD als hij erkent dat deze Tien Geboden nog steeds onze cultuur stempelen? En waarom niet de christelijke component als onderdeel van het openbare lesprogramma invoeren? Ronald Vliegen heeft gelijk: na de 'ochtendplas' c.q. de analyse, worden de oude '(here)boeren'-reflexen weer van stal gehaald: ruimte voor minderheden en een denken vanuit de staat. Het liberalisme is blijkbaar toch een ziekte die het gezonde denken dusdanig in de weg staat dat zelfs de eigen overpeinzingen niet serieus kunnen worden genomen. Het is een constatering die als punt van kritiek ook ons als conservatieven zou moeten raken. Onthechtheid is ook al te makkelijk een conservatieve pose die ons weliswaar kan beschermen, maar die zonder aanvalshouding vervalt tot vrijblijvende afstandelijkheid.

Aansluitend op dit punt wil ik het denken vanuit de bovenkamer noemen. Bolkesteins uitspraken over de islam laat ik deels over aan de islamvreters onder ons. Mij interesseert het bovenkamerdenken in diens uitspraken over de islam. Bolkestein: "Als godsdienst is de islam wat mij betreft welkom. De vraag is alleen of de islam zich ook geheel aan onze cultuur kan aanpassen. In het verleden (en nu komt het, EvG) liep de moslimwereld ver vooruit op de christelijke. Een tentoonstelling heeft eens een vergelijking gemaakt tussen Bagdad uit het jaar 800 en Aken, dat toen een van de hoofdsteden van Karel de Grote was. Die vergelijking viel ruim in het voordeel van het Midden-Oosten uit. De islamitische cultuur heeft gebloeid en tot en met de twaalfde eeuw zie je daar met denkers als Averroës voorbeelden van."

Steeds maar weer vallen liberalen, net als humanisten en doorsnee atheïsten door de mand als het over cultuur gaat. Als men de kleinschalige, pluriforme, organische cultuur van de eigen voorvaders ziet, is men niet onder de indruk. Men is pas onder de indruk van grote gebouwen, onthechtte filosofieën; men neemt de despotische elementen voor lief. Men klaagt over de 'verstening' van die culturen, zoals ook Bolkestein doet, zonder zich af te vragen waar dat toch door kwam? Waarom kon Europa wel doorgroeien en zij niet? Dat is voor de cultuurdenkers een oninteressante vraag. De cultuurdenkers zijn als een oude boom die vol walging kijkt naar de humusrijke bodem waarin hij verworteld staat. Geef hem maar een ondergrond van mooi geslepen kiezelstenen! Of van mooi aangeharkt woestijnzand! Ook hierin is Bolkestein net een moderne conservatief. Voor veel conservatieven zijn er slechts klassieken en Great Books; wie vanuit het gewone leven, de traditie of het gewoonterecht denkt, zoals onder meer Scruton, is in het beste geval een romanticus, in het slechtste geval een fascist.

En toch moeten we mensen niet zomaar afschrijven. Geen conservatieven die zich vergalopperen met hun klassieken; en ook niet een Bolkestein die toch maar zegt dat liberalisme zonder christendom een lastig verhaal is. Hij gaat niet ver genoeg. Maar het zou al mooi zijn als conservatieve liberalen en soortgelijk volk net zover zouden gaan als Bolkestein, of nog verder. En dat is mijn hoop die er is als ik de woorden van Frits Bolkestein lees.

Geen opmerkingen: