donderdag 6 april 2006

EEN LEEG GEBAAR

Is het geen verblijdend bericht? Het bericht van moslimvrouwen die denken "ik geef gewoon een hand, dan ben ik van dat gezeur af"? Volgens de Amsterdamse PvdA'er Henk van Waveren wel. Hij is niet de enige, want handen schudden is onderdeel van de Hollandse corebusiness.

Wie kent het beeld niet van die imam die weigerde onze IJzeren Rita de hand te schudden? En wie herinnert zich niet de collectieve verontwaardiging bij velen in media en politiek? Als we Henk van Waveren (PvdA), elf jaar lang deelraadvoorzitter van de Amsterdamse wijk De Baarsjes, moeten geloven [1], zullen zulke ergernissen wel eens verleden tijd kunnen zijn. Als we tenminste het beleid van deze PvdA'er overnemen.

Dat beleid typeert hij zowel als soft en hard tegelijk. Veel begrip en meedenken en duidelijke regels, zoals "wie geen inburgeringscursus volgt, wordt gekort op de uitkering." Er gebeurt dus volgens Van Waveren iets. Van Waveren: "En zo werkt het. (...) Er is niets zo besmettelijk als goede wil."

Duidelijk minder optimistisch is minister van Justitie Donner. Op een spreekbeurt verklaarde deze afgelopen woensdag dat de overheid niet bij machte is het verval van normen en waarden te keren. Volgens hem zal de kentering uit de maatschappij zelf moeten komen [2].

Waar Donner zich vooral zorgen over maakt is de houding van veel jongeren dat er niet moeilijk wordt gedaan over een vergrijp. In een tijd van internet en open mediagrenzen staat de overheid volgens de minister vrij machteloos. Het zijn de ouders zelf die "de weerbaarheid van onze kinderenm, onze omgeving en ons land ter hand moeten nemen".

Hoe moeten we deze benaderingswijzen in de krant taxeren? Wie heeft er gelijk? Van Waveren met zijn actieve overheid? Of Donner met zijn terughoudende overheid en de nadruk op het zelfregulerende vermogen van de samenleving?

Mij dunkt geen van beiden. Om bij het handen schudden te blijven: wat is de waarde van dit "gebaar"? Stond in oude tijden de hand voor de persoon zelf, voor zijn onwankelbare woord en stond voor de oude mens de hand in verbinding met het hart, in onze nieuwe tijd is het handen schudden een leeg gebaar. Er wordt veel geschud en hoe harder men schudt, des te leger men wordt. Voor wie betekend de ferme handdruk nog zoiets van "het is goed i.c. vrede tussen ons"? Voor wie is de handschudding nog een terughoudende vorm van omhelzen of kussen - wat men in sommige andere culturen doet?

Voor de meeste Nederlanders is een hand geven niets meer dan een manier van "hallo" zeggen. Een holle klank bij een evenzo hol gebaar. Wat veel voorstanders van handenschuddende moslima's willen, is geen fatsoen, maar onverschilligheid van murw geslagen mensen.

Dit is het ook wat opvalt bij Van Waverens handencasus is de ondertoon van onverschilligheid: "laat ik maar een hand geven, dan ben ik er van af". De varianten laten zich niet moeilijk raden: "Laat ik maar Nederlands leren, dan ben ik er van af. Laat ik maar een inburgeringscursus volgen, dan ben ik ook daar van af."

Het stelt immers weinig voor: een hand geven, een cursusje hier en een cursusje daar? Wat is een Nederlander? Iemand die met culturele hoogtijdagen boerenkool eet, maar de rest van het jaar pasta en couscous? Die op sollicitatiegesprekken een dasje draagt, keurig Nederlands spreekt en een handje schudt, maar de rest van de week casuel keurig netjes turbo-TMF-Engels spreekt en sms't?

Turken en Marokkanen beginnen dat dus door te krijgen. Voor hun betekende handen schudden nog iets, vandaar hun strubbelingen. Maar ze leren het: wie wil integreren zal zich moeten aanleren dat lege gebaren en lege woorden nodig zijn om politici tevreden te stellen.

De leegheid van de handenschuddende burger staat voor de ongrijpbaarheid van deze burger. Onze samenleving komt om in de wapperende handen en tuitende lippen, maar ondertussen is het wel ieder voor zich. De samenleving, waar Donner zijn "vertrouwen" (?) op stelt, begrijpt niet waar Donner het over heeft; hebben de burgers alles al niet uitbesteed op instigatie van deskundigen, overheidsdienaren en zalvende pastors?

De toegestoken hand is een gebaar waarin alles mee zou moeten komen. Wie in nood zit en een hand krijgt toegestoken dient dankbaar te zijn. Of dient een wederdienst te verrichten. Of iets dergelijks. Wie als land een hand toesteekt naar immigranten en vluchtelingen dient duidelijk te maken: dit zijn we en hier staan we voor. In deze toegestoken hand geven we ons zelf en stellen de ander de vraag: "accepteert u deze hand met alles wat erbij komt kijken?"

Maar "wat erbij komt kijken" is in Nederland volkomen duister. Het slappe handje dat Marc Rutte uitstraalt is niets meer dan een gebaar van "bureaucratische solidariteit met vrije marktwerking". Verdonks hand is weinig meer dan een testcase: "als u mijn hand accepteert, onderwerpt u alles aan mijn gelijkheidsdenken". En Donners hand begint ferm, maar glijdt toch weer vrij snel weg met een "uiteindelijk moet u zelf maar het wiel opnieuw uitvinden in mijn totalitair-juridische bouwwerk." Alleen Van Waveren trekt de ander naar zich toe en tijdens zijn knuffel bemerk je zijn graaiende handen die je broekzakken leeghalen.

Welke politicus hanteert een filosofie van het handen schudden waarin de ene sterke, weerbare burger de andere sterke, weerbare burger de hand schudt? Om daarmee te kennen te geven: jouw land is mijn land, jouw woord is betrouwbaar net zoals dat van mij, jouw vrouw en bezittingen zijn veilig bij mij, ik opereer op basis van de wetten en tradities van mijn volk net als dat jij dat doet op basis van hetzelfde. Om het met een woord uit het Bijbelboek Ruth te zeggen: "uw volk is mijn volk, en uw God is mijn God"?

Het is zodoende een merkwaardig dilemma: steunen we Van Waveren met zijn politiek van onverschilligheid aankweken of geloven we Donner met zijn moreel appèl op de onverschillige meerderheid van de Nederlandse bevolking? Of doorzien we het spel en komen we er achter dat beiden hetzelfde voor ogen staat: aanpassing en fatsoen zonder inhoud, ten dienste van staatsmachinerieën en publieke politiek-correcte domeinen?

Noten

[1] "Benoem de verschillen", interview met Henk van Waveren, in Trouw d.d. 03/04/2006.
[2] Donner: Overheid kan tij niet keren in Reformatorisch Dagblad d.d. 05/04/2006; Alles uit de kast tegen verval in Reformatorisch Dagblad d.d. 06/04/2006; en Staatsopvoeding geen alternatief in Reformatorisch Dagblad d.d. 06/04/2006.

Geen opmerkingen: